Binnen de rijkunst kennen we meerdere zijgangen. De meest bekende zijn de schouderbinnenwaarts en de travers. De renvers, appuyementen, pirouetten en galopswissels zijn weer variaties op de travers.
Waarom rijden we de zijgangen eigenlijk? Het meest gegeven antwoord op die vraag is: “Omdat ze in het protocol staan” Eigenlijk zou de oefening zelf niet de reden moeten zijn waarom we ze rijden. De oefeningen zijn de bouwstenen van de dressuur. Ze hebben een hele positieve uitwerking op het lichaam van het paard. De achterbenen leren meer gewicht opnemen en de kwetsbare voorbenen worden ontlast. Maar het meest belangrijke is dat we het paard met deze oefeningen alle hulpen leren die we nodig hebben om het paard rechtgericht te laten gaan, ook in de bochten en op de volte! Namelijk de versale en de traversale hulpen om altijd de schouders te kunnen verplaatsen t.o.v. de achterhand en andersom. We leren het paard naar het zwaartepunt te stappen met zijn achterbenen en het resultaat is dat het we het paard kunnen sturen en verzamelen met onze zit en benen. Het gaat dus niet om de ‘kunstjes’ schouderbinnenwaarts en travers, maar om het aanleren van de rechtrichtende hulpen. Deze hulpen heb je nodig om de voorhand en de achterhand te corrigeren wanneer het nodig is. Valt het paard over de schouder naar buiten?-->Schouderbinnenwaarts correctie. Zwaait de achterhand uit? --> Travers correctie. Dus midden tussen schouderbinnenwaarts en travers zit rechtgericht. En een paard dat rechtgericht gaat, laat zich verzamelen vanuit de zit van de ruiter. Deze oefeningen kunnen uitgevoerd worden op een rechte lijn of diagonaal,op de voltes en in alle gangen en alle trainingsonderdelen. Dus ook bij het werk aan de hand en tijdens het longeren. De oefeningen zijn door elk paard en elke ruiter te leren en heel nuttig voor elke discipline. Zelfs tijdens het springen om het paard makkelijker te sturen en terug op het achterbeen te krijgen!
0 Comments
Leave a Reply. |
Archives
Januari 2019
Categorieën |